De 1600 werd in zijn begintijd ook gebruikt voor het rijden van dubbeldeksmaterieel. Deze stammen hebben 6 rijtuigen en werden alleen in de spits ingezet. De stuurstandrijtuigen van de eerste generatie dragen de naam en een plaatje van bedreigde diersoorten.

De jongste elektrische locomotieven van de NS behoren tot de serie 1700, de NS bestelde in 1990 in totaal 81 stuks en ze waren bedoeld als opvolger van de 1600, maar door veranderde inzichten met het rijden van dubbeldeksrijtuigen diende er een aparte serie loc's te komen, die geschikt waren voor het rijden van vaste stammen van drie of vier dubbeldeksrijtuigen met een locomotief en daarvoor werden de loc en het stuurstandrijtuig voorzien van een automatische koppeling.

Locomotieven 1735 t/m 1741 kregen geen automatische koppeling, omdat deze voor andere diensten werden gebruikt. In het voorjaar van 1994 kregen deze loc's alsnog een automatische koppeling. De 1700 verloren in eind 1997 voor het eerst wat terrein in de dubbeldeksdienst, dat kwam door de instroom van nieuwe dubbeldeksmotorrijtuigen.